Wifi in Nepal

De dichtsbijzijnde wifi is twintig minuten fietsen en dan nog is de internetverbinding niet gegarandeerd, dus wanneer dit blog jullie kant op komt, is vooralsnog onbekend. Deel 1

Iedereen wil met je op de fotoZoals veel onbekend is in Nepal. De stroom kan zomaar uitvallen, waardoor je enige uren met een lampje op je hoofd doorbrengt – als je dat al kan vinden in het donker – of maar gewoonweg je bed opzoekt, al hopend dat je onderweg niet op een kakkerlak gaat staan.

Of de douche werkt door onbekende redenen opeens niet meer, waardoor je vier dagen lang met een emmertje uit een teil regenwater over je heen staat te scheppen.

Heerlijk. Het geeft zoveel energie om in dit land te zijn. Je staat om vier uur ’s ochtends op om de zonsopgang vanaf de Sarangkot te zien – op een wolkenloze ochtend kan je vanaf dit punt de hoge bergen van de Himalaya zien -, kom je daar, wil iedereen met je op de foto.

Terwijl ik daar zittend het uitzicht teken in mijn nootboekje, komt er een Indiase ‘teken’-leraar naast me zitten en maakt de tekening af.

Tijdens de afdaling kom ik langs een rimpelig mannetje met twee koeien, een paar schamele maisplanten die her en der verspreid bij bouwvallige huisjes staan, twee vrouwen die gras snijden van het land en een kleermaker die me uitnodigt voor thee. Hij vertelt over zijn zesjarige dochtertje, die niet naar school kan wegens geldgebrek en over de enorme moessonregens die er al twee keer voor hebben gezorgd dat zijn huis werd meegenomen in een landslide. Ondertussen staat de cannabis in zijn tuin er weelderig bij.

Zo zijn er meer bijzondere ontmoetingen.

Het minuscule huisje van mijn gidsOp Durbar square in Kathmandu, het meest historische gedeelte van de stad waar ooit de koningen van Nepal werden gekroond en nu nog de negenjarige levende godin woont, neem ik een gids om me de betekenis van de vele tempels te laten uitleggen. Ze is een alleenstaande 42-jarige vrouw uit de plaats zelf. Het is zo leuk praten met haar, dat ze me uitnodigt voor een kop thee in haar minuscule huisje. Ze vertelt me over haar moeizame bestaan, over een regering die geld in zijn zakken stopt in plaats van het uit te geven aan een betere watervoorziening in de stad.

Zelfportret bij Bodhnath-stupaBij Bodhnath, de grootste Boeddhistische tempel -ook wel stupa geheten- van heel Azië volgens de Lonely Planet, loop ik tegen een Tibetaanse jongen aan die vanwege zijn geloof naar Nepal is gevlucht. Spontaan nodig ik hem uit voor een kop koffie en hij vertelt over zijn leven. Uiteraard wil hij ooit terug naar Tibet. Als 26-jarige, heeft hij zijn familie al acht jaar niet gezien.

Deze contacten vind ik heel bijzonder. Het is prachtig zulke verhalen te verzamelen. Ik word erdoor getroffen en ik leer daardoor erg veel over dit land.

Groeten van Marjolein